9 april 200800:00

Door Joep Meijsen

Het Dalhuisen-interview

Mike Dalhuisen ontbreekt bij het WK in Oostenrijk vanwege play-off-verplichtingen in de VS. IJshockey.com sprak uitgebreid met het jonge talent over zijn ijshockey, zijn toekomstplannen, zijn verdere activiteiten en zijn indrukwekkende bijdrage aan het gevecht tegen kanker.

Vannacht wordt de eerste wedstrijd gespeeld in de eerste ronde van de USHL-play-offs tussen de Lincoln Stars en Sioux Falls Stampede. De reden waarom Dalhuisen ontbreekt in Innsbruck. ‘Helaas kan ik niet op twee plaatsen tegelijk zijn, maar ik laat mijn team niet in de steek. Anders had ik het heel leuk gevonden om mee te gaan', zegt de intussen 19-jarige verdediger die twee jaar geleden in Estland debuteerde voor het volwassen Oranje.

Dalhuisen voelt zich als een vis in het water in Lincoln, de hoofdstad van de Amerikaanse staat Nebraska. Een universiteitsstad met bijna een kwart miljoen inwoners. Na een wat moeilijker jaar vorig jaar voelt hij zich helemaal op zijn plek. ‘Het gaat de goede kant op met het ijshockey, ik voel me weer mijn oude zelf. Ik heb veel zelfvertrouwen en krijg ook veel ijstijd. De coaches zijn hier niet alleen geïnteresseerd in winnen, maar willen ook de spelers zo goed mogelijk ontwikkelen.'

De stad en zijn team bevallen hem prima. ‘Het is serieus ijshockey, maar we hebben ook veel lol. We zijn echt als broers, doen alles samen en zijn er altijd voor elkaar als er iets is.' Naast het ijshockey doet hij ook vrijwilligerswerk bij een kinderopvangcentrum. ‘Ik speel een beetje met de kinderen en ben een soort leraar. Dat is iedere dag van half negen 's morgens tot een uur of twaalf. Allemaal kinderen tussen de &eacueacute;én en zes. Hartstikke leuk. Daarna ga ik trainen. Na het eten thuis ga ik met de twee jongens die mij bij in de straat wonen streethockeyen tot het donker is.'

Vorig jaar overleed de moeder van Dalhuisen aan de gevolgen van kanker, een droevige gebeurtenis voor de jonge ijshockeyer die een sterke band had met zijn moeder. Geen wonder dat hij zich al geruime tijd inzet voor de kankerbestrijding, iets waar hij overigens al ruim voor het overlijden van zijn moeder mee bezig was. ‘Ik lag een keer in bed na te denken over wat ik kon doen. Toen dacht ik aan die polsbandjes van Lance Armstrong van Livestrong en kwam zo op het idee van Livehockey.'

Hij stond direct op, begon zijn plan op te schrijven en een eerste ontwerp. ‘Zo wist ik zeker dat ik het 's morgens niet zou vergeten. Daarna heb ik nieuwe tekeningen gemaakt en ben ik e-mails gaan sturen naar fabrieken voor de beste kwaliteit en de beste prijs. Zo is het allemaal begonnen.'

Inmiddels heeft hij er al ongeveer vijfduizend verkocht, vooral bij de thuiswedstrijden van de Lincoln Stars. ‘Daar verkopen we er ongeveer driehonderd per wedstrijd. Maar ik ken intussen bijna in elke staat wel iemand die voor me verkoopt. Ik heb via Livehockey echt heel veel mensen leren kennen die iemand kennen die kanker heeft of had. Het is ongelooflijk hoeveel mensen er zijn die hieraan hebben geleden op de een of andere manier.'

Het polsbandjes-project is enorm belangrijk voor Dalhuisen, maar het ijshockey blijft natuurlijk het voornaamst voor de international. ‘Ik wil volgend jaar nog een jaar hier in Lincoln spelen. Hopelijk kan ik zo een beurs verdienen voor een Amerikaanse universiteit op Division I-niveau.'

Dat is echter nog toekomstwerk. Eerst wacht de play-off-serie tegen Sioux Falls Stampeders. Dalhuisen heeft er zin in. ‘De play-offs is altijd ander ijshockey. Ik hoop natuurlijk dat we alles winnen en ik weet dat we het kunnen. Als we allemaal op de ‘same page' zijn, dan komt het allemaal wel goed.'

Draag bij aan het Livehockey-project van Mike Dalhuisen >>>